elke vogel legt een ei
Elke vogel komt uiteen ei. Het nest is in een boom of op de grond of op het water. De meeste vrouwtjes leggen een aantal eieren tegelijk. De harde buitenkant noemt de schaal.
De harde schaal beschermt het kuikentje dat in het ei groet.
De moedervogel zit op het ei om het warm te houden; dit heet uitbroeden. Als het kuikentje groot genoeg is, breekt het zelf het ei open om naar buiten te kruipen.
Jongen in het nest
Als de kleintjes in het nest uit de eieren zijn gekomen, hebben ze honger. Meestal krijgen ze hetzelfde te eten als de ouders. Die hebben het er druk mee! Ze voerende jongen in het nest tot ze groot genoeg zijn om zelf eten te zoeken.
Als een jonge vogel groot genoeg is, krijgt hij zijn eerste vliegles. Soms gaat dat wel heel hardhandig; zijn moeder duwt hem het nest uit. Tja, dan zit er weinig anders op!